Logo gemeente Deventer, logo Kennis en Verkenning

Waterbedeffecten bij herstructureringsoperaties vallen mee

Inleiding

Herstructurering leidt niet op grote schaal tot ongewenste probleemverplaatsing. Tot deze conclusie komen Hanneke Posthumus (Universiteit Utrecht), Reinout Kleinhans (TU Delft) en Gideon Bolt (Universiteit Utrecht) in hun onderzoek ‘Bijwerkingen van herstructureringsoperaties’. Ze stellen vast dat bij herstructurering geen nieuwe concentraties van sociale huurwoningen in andere wijken ontstaan. Bovendien gaan de meeste mensen die moeten verhuizen als gevolg van herstructurering er in hun woonsituatie op vooruit.

Beschrijving

Verhuizing door herstructurering is meestal verbetering

Wanneer een wijk geherstructureerd wordt, worden mensen vaak gedwongen te verhuizen. Uit het onderzoek blijkt dat zij over het algemeen tevredener zijn met hun nieuwe woning dan met de oude. Ook vinden ze de buurt waar ze terecht komen beter, maar dit effect is kleiner dan bij de woning. De ontvangende buurt heeft over het algemeen geen grote problemen met de nieuwkomers, al hangt dit af van de tolerantie van zittende bewoners voor mensen met een andere levensstijl. Vaak merken buurtbewoners weinig van de instroom, maar wanneer het ze opvalt, wordt dit over het algemeen wel gezien als een verslechtering van de buurt.

Conclusies

Onderzoekers zien weinig grond voor angst waterbedeffecten

In Nederland zijn veel achterstandswijken opgeknapt door de woningvoorraad te herstructureren om zo de leefbaarheid te verbeteren. Tegelijkertijd zijn er zorgen over de negatieve bijwerkingen van herstructurering. Er is vooral veel angst voor ‘waterbedeffecten’, waarbij sociale problemen van de ene naar de andere wijk worden verplaatst. Dit risico moet volgens de onderzoekers dus niet overschat worden. Slechts in een Rotterdamse wijk vonden indicaties voor negatieve waterbedeffecten. Volgens de onderzoekers komt dat daar echter door een zeldzame combinatie van een grote instroom van herhuisvestingsurgenten, een groot verschil in de achtergrond van de zittende bevolking en de instroom en een weinig tolerante houding van de zittende bevolking.

Het onderzoek is uitgevoerd in Rotterdam, Den Haag, Groningen, Breda en Ede en bestond uit een consortium van deze gemeenten, de Universiteit Utrecht, de TU Delft, Platform Corpovenista en Nicis Institute.

Datum uitgave

05/09/2012

Documenttype

Onderzoek

Bijlage